Als kunstenaar was Cor Dik autodidact. Belangrijk voor zijn ontwikkeling waren de contacten met kunstenaars uit de Haarlemse School als Henri Boot en Kees Verwey, en zijn lidmaatschap van kunstenaarsverenigingen als Arti et Amicitiae en Kunst Zij Ons Doel. Ook waren er contacten en raakvlakken met Zaanse schilders als Gerrit Jan de Geus, Cornelis Koning, Aart Roos en Jaap Kaal. Dik nam in zijn Amsterdamse periode deel aan het debat over Modernisme zoals dat onder Willem Sandberg en tijdgenoten zijn intrede had gedaan. Hij volgde de ontwikkelingen met belangstelling maar koos zijn eigen standpunt, waarbij hij vast bleef houden aan de werkelijkheid. De dagboeken die hij vanaf begin jaren vijftig tot zijn dood bijhield, bevatten veel overdenkingen van Dik over zijn kunstenaarschap. Het RKD-Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis beheert een uitgebreid archief over Cor Dik, waarin ook deze dagboeken zijn opgenomen.